Blog Image

Ongezien vertrouwen

Uncategorised Posted on Wed, November 27, 2019 15:23:08

Afgelopen zondag was het ‘eeuwigheidszondag’. In veel kerken werd door middel van een ritueel stil gestaan bij wie we verloren hebben aan de dood. De leegte die dan zo voelbaar een gat in ons bestaan heeft geslagen. Zo herinnerden wij in mijn eigen Silo gemeenschap ook de namen. Het was een intens samenzijn die ging over het water, wat in zoveel religies als beeld van de dood gebruikt wordt. Het ging over Petrus, die over het water liep en al bíjna bij Jezus was, maar alsnog gegrepen werd door zijn diepste angsten, zijn wantrouwen en zijn ongeloof. Wat is dat verhaal mij toch lief!

We zongen een lied van Huub Oosterhuis. Vaak denk ik: ‘over teksten van Huub moet je eerst denken, voordat je ze gaat zingen’. Zo ook bij dit lied (Lied van Weg en Omweg), waar mijn haperende stem bleef hangen bij de zin:

‘U zal ik ongezien vertrouwen’.

Kan ik dat wel zingen? vroeg ik mij af. Want zelfs in gezien vertrouwen ben ik om heel eerlijk te zijn niet zo goed. De troostende gedachte dat Petrus, die zó dicht bij Jezus was dat hij kon zien, uiteindelijk zelfs in die nabijheid overvallen werd door zijn wantrouwen en angst. Zo vaak betrap ik me op mijn argwanende gedachten, op het verwachten van het ergste, op de afstand, ja zelfs eenzaamheid, die ik zelf creëer.

Bij het tweede refrein houd ik dus maar mijn mond. En als het dan voor de derde keer gezongen wordt, hoor ik de nadruk op ‘zal’, ‘U zal ik ongezien vertrouwen’. Het is een belofte! Tegen de wind in, temidden van de golven, het water dat je tot aan de lippen staat en je niets meer ziet dan je kleine ik, gaat het om het vertrouwen dat er in de toekomst zal en kan zijn. Het gaat om het vertrouwen dat je daartoe in staat bent, hoe donker en leeg het leven je ook aanstaart.

U zal ik vertrouwen, ookal zie of ervaar ik het nu (nog) niet. Dat is wat in het Hebreeuws genoemd wordt : emoena. Geloof als een relationeel vertrouwen. Zoals bij Petrus, zoals bij Job. Het Godsvertrouwen wordt niet zozeer uitgedrukt door het erkennen van bepaalde geloofswaarheden, maar door het ontvangen van vertrouwen en de belofte daar trouw aan te zijn, zelfs, nee: juist!, als Gods Licht er niet is. Er is een andere zin in datzelfde lied van Huub Oosterhuis dat daar iets over zegt, maar daarover de volgende keer meer.

(Wordt vervolgd)



Watertrappelen

Uncategorised Posted on Thu, November 14, 2019 10:33:44

Voor het eerst in mijn leven vraag ik me af waarom ik heb leren watertrappelen. Ik ging relatief laat op zwemles, een grote uk tussen de kleine ukjes. Toch was ik al jaren een waterrat en ik had mezelf geleerd om zo goed en zo kwaad het ging in het water te bewegen. Bij de zwemles moest er bij mij dus heel wat afgeleerd worden, vooral voor wat betreft mijn beenslag. Dat is inmiddels allemaal lang geleden, maar nu vanochtend werd ik wakker met de vraag: wáárom heb ik leren watertrappelen? Waarom zou je je benen suf trappelen zonder vooruit te komen? Tenzij er geen waterkant in de buurt is, begrijp ik niet waarom je de energie niet beter zou gebruiken om naar de kant te zwemmen. Of om hulp te vragen?

Watertrappelen is zelf je hoofd boven water zien te houden door extreem veel energie te gebruiken zonder ook maar een kant uit te bewegen of vooruit te komen.

Waarom heb ik als kind leren watertrappelen? Je hoofd zélf, zonder hulp te vragen, boven onrustig, onveilig water houden op tal van creatief bedachte manieren. Veel energie gebruiken zonder vooruit te komen, zonder naar de kant te zwemmen en zonder om hulp te vragen. Uiteindelijk kom je dan nergens, behalve in de eenzaamheid.

Ik heb geprobeerd om met een stembandverlamming min of meer te blijven doen wat ik altijd deed, in vertrouwd water: lesgeven. Maar een marathon rennen op één been kost heel veel energie. Met dat beeld maak ik maar even duidelijk hoe praten met één stemband topsport is, zeker in een rumoerige school vol pubers. Ik heb hard gewerkt om met één stemband zó te praten dat het vaak lijkt alsof er niks aan de hand is. Want daar ben ik overigens ook een topsporter in: ‘niks aan de hand- doen’ (dank aan de moedige documentaire met dezelfde titel die onlangs op televisie was). Sinds mijn stembandverlamming was er geen enkel moment dat ik helemaal geen les meer gaf. Ik was er, voor de klas, en wilde geenszins stoppen. De controle en de zekerheid kón ik niet opgeven, ik had al mijn energie er voor nodig. Ik bleef watertrappelen. Al die energie, zonder écht vooruit te komen. En onder water? Daar gaat het vaak heftig te keer. Er komen grote krachten aan te pas als je steeds maar alles onder water moet blijven duwen.

Ergens heb ik de draagkracht gevonden om te kunnen zeggen dat het niet meer gaat. Het besef dat ik naar de kant moet zwemmen om uit te rusten en om hulp te vragen. Zo heeft zich alles waar ik de afgelopen maanden op mijn blog over schreef – over rachamim (compassie, gedragen worden), over wonden en helen, eerlijk zijn, oefenen in vertrouwen – zich geculmineerd in een nieuwe stap. Wat overigens nog heel veel oefenen in vertrouwen en rachamim vraagt.    

The stones here are coloured
With the shades of time
Trees here have weathered
A storm or two
Waves that have pounded
Upon this land
Shaping the rocks that surround you

And here at last
I’m on my own with you

Here is a place
You could write or paint pictures
And dream that the troubles will end
Here is a place

where we join our hands
In a love we defend

Here we can bathe
In a love that’s Divine
Here we can know
I am yours, you are mine
Here in Your arms
That are faithful and strong
Here with You
This is where I belong

(Iona, Murlough Bay)

foto van Murlough Bay gemaakt door Jason Mark


Een dag samen eerlijk-zijn

Uncategorised Posted on Sun, October 20, 2019 15:27:18

Het is al weer even geleden, de Jom Kippoer viering op 10 oktober, waar ik beloofd had over te schrijven. Ik woonde deze viering bij in de liberale synagoge in Amsterdam. Voor het laatste onderdeel van de 24-uur durende dienst stroomde de synagoge weer helemaal vol. Sommigen waren even naar huis gegaan om een paar uur te rusten. Er mag op deze dag namelijk niets gegeten én niets gedronken worden. Zo ervaart men lijfelijk een dag van inkeer en schuld belijden. We bezongen met elkaar wat we hebben nagelaten, de fouten die we hebben gemaakt en met elk concreet voorbeeld sloeg men zich met een vuist op de borst. Ik moest denken aan de gelijkenis van de farizeeër en de tollenaar die beiden naar de tempel opgingen om te bidden. Het ‘zie mij eens!’ tegenover het ‘wee mij!’ Het contrast in onze samenleving is bijna net zo sterk: het gebod tot succesvol moeten zijn en gezien moeten worden tegenover de maatschappelijke afstraffing als er een publiek figuur een fout begaat.

We bezongen met elkaar ook al wat we wél hebben gedaan. Dat was een ontroerend lied: we hebben gehouden; we hebben hulp geboden; we hebben gegeven. We hebben het beide in ons: de neiging tot het kwade (yetzer ha’ra) en de neiging tot het goede (yetzer tov).

Aan het einde culmineert de dienst zich tot een smeekbede als ‘de poorten zich sluiten’ (Neilah, ‘het sluiten van de poorten’, is het laatste onderdeel van de viering). Mogelijk verwijst dit naar de tempelpoorten die aan het einde van de dag gesloten werden. In spiritueel opzicht gaat het over de hemelpoort, die zich zal sluiten na het opnemen van alle gebeden die horen bij het zielsonderzoek van de laatste maand van het jaar.

Plotseling werd ik dicht tegen mijn buurvrouw aangedrukt, die zorgzaam haar gebedsmantel over mijn hoofd heen trok. Het was een vreemde ervaring, we stonden zo samen als het ware te schuilen onder haar gebedsmantel. Om mij heen zag ik hele gezinnen onder gebedsmantels staan. Ook dat was een indrukwekkend beeld. Het drukte uit hoe wij allemaal onder de vergeving van de Ene leven en die beschutting nodig hebben. In het slotgebed wordt gesmeekt tot de Eeuwige: bezegel ons, in het boek van Leven!  

Tijdens deze Jom Kippoer liet de joodse gemeenschap waar ik te gast was mij God kennen als een God die ons de kans en de verantwoordelijkheid geeft om onze fouten toe te geven. De Eeuwige heeft een groot geloof in ons en onze moed daartoe. God is een vergevende God.

Ik was onder de indruk van deze gemeenschap die met elkaar concreet gestalte geeft aan dit geloof. Mensen – heen en weer getrokken tussen goed en kwaad – zo menselijk bijeen. Mensen die ruimte creëren voor een dag samen eerlijk zijn, voor het voelen van schaamte en dan aan het eind van de dag elkaar te zien door de ogen van de Ene, van wiens vergeving en genade ieder mens afhankelijk is. God vergeeft ons waar wij steken laten vallen en in die vergeving geeft God ons nieuwe kracht om te helen wat wij beschadigd hebben, weer heel te maken wat wij gebroken hebben. Dat is nog eens een gezamenlijke belijdenis in een tijd waar zoveel als onvergeeflijk gehouden wordt en ‘succes’ en ‘geluk’ afgoden zijn geworden die weinig ruimte open laten voor misstappen, fouten en mislukking. Wanneer een gemeenschap zo’n geloof heeft en dit zo met elkaar ritualiseert in iets dat voelbaar is, kan een gemeenschap een helende kracht zijn in de menselijke ontmoeting juist op die plaatsen waar wij verwond en gebroken hebben. Je hoeft het niet alleen te dragen.



Reisgenoot op de weg van de ziel

Uncategorised Posted on Sun, September 15, 2019 12:00:18

Het doel van het zielsonderzoek in de maand Elul is de voorbereiding op de Heilige dagen van het jaar. Zo wordt in een maand uitgedrukt wat eigenlijk gezien wordt als de reis van het leven met als doel ‘sh’lemut’ en ‘kedusha’: heel worden en heilig worden. In het Engels liggen deze woorden heel dicht bij elkaar: ‘wholeness’ en ‘holiness’. Heilig worden door heel te worden, of andersom, heel te worden door heilig te worden.

Het pad van Mussar is bedoeld om daarnaar toe te leiden. Daar zijn een paar dingen voor nodig. Allereerst de middot (karaktereigenschap) ‘anavah’. Anavah wordt in het Nederlands vaak vertaald met nederigheid. Maar dat woord heeft heel veel associaties die in het Hebreeuwse woord niet zo gelden. Bij nederigheid denken we al gauw aan onderdanigheid, de minste zijn, de onderdanige positie innemen, de ander meer gunnen dan jezelf. Maar anavah is de onopgepoetste en eerlijke inschatting van wie je bent. Het is het midden tussen arrogantie (je ziet niet meer waar verandering nodig is) en te geringe zelfwaardering (je gelooft niet dat je in staat bent tot verandering). Nederig zijn is niet méér zijn dan je zou moeten zijn. Het is je plek innemen, maar niet meer ruimte innemen dan je nodig hebt.

Nederigheid is nodig om het pad naar heel en heilig worden te kunnen lopen. Een helder zicht op jezelf laat zien waar je staat en waar verandering nodig is. Het is een onherroepelijk element van de Cheshbon Nefesj, het zielsonderzoek. Vanuit de plek van nederigheid kun je de ander de ruimte geven om je te helpen groeien. Daarbij kom ik bij het tweede dat nodig is: een chevruta.

Zielsonderzoek kun je niet op jezelf doen. Immers, er zijn altijd aspecten van onszelf die we heel goed voor onszelf verborgen kunnen houden. Soms doen we dat omdat verandering ook pijn doet en we die pijn niet willen. Op andere momenten houden we het voor onszelf verborgen omdat we bang zijn dat het ons imago schaadt en we liever beter en mooier bij de ander over willen komen. Chevruta stamt van het Hebreeuwse woord voor ‘vriend’ (chaver). In veel joodse scholen wordt geleerd met een chevruta, een studievriend. In chevrutaparen wordt een tekst gelezen, geïnterpreteerd en toepast op het eigen leven. Door een studievriend te hebben, leer je voorbij je eigen perspectief kijken. En als het eerlijke studievriend is ben je in staat om elkaar te bevragen op het groeiproces van je ziel. Een eerlijkheid die soms pijn doet, zoals je een pleister van een wond trekt om de wond beter te laten genezen. Een eerlijkheid waar nederigheid voor nodig is maar tevens ook nederigheid brengt. Iemand die de angel uit je ziel haalt maar ook je ziel balsemt.



Cheshbon nefesh

Uncategorised Posted on Wed, August 28, 2019 12:05:37

Als kind ben ik opgevoed met het idee dat het in de Joodse godsdienst om wetten en geboden gaat en dat het verschil met het christelijk geloof is, dat wij door Christus zijn bevrijd van het juk dat deze wetten geeft. Nu ik al een tijdje het joodse jaar volg en wekelijks de bijbehorende parasja’s lees (de Thora is opgedeeld in stukjes die op de sabbat gelezen worden, dit noemt men de parasja) en bestudeer, ga ik hier meer genuanceerd over nadenken.

Ook in het Jodendom gaan de wetten niet zozeer om het kunnen ‘behalen’ van een maatstaf. Veel wetten kun je beter zien als rituelen die het leven ordenen en je helpen in het proces van dagelijks bewust-zijn. Aan al die wetten ligt het geloof in heelwording (tikkun) ten grondslag. Joods geloof is zeer krachtig in de overtuiging dat een mens zich kan ontwikkelen ten goede en dat het leven gaat om die groei. Een tijdje terug was ik bij een lezing van een rabbijn die, voordat hij aan zijn kopje koffie begon, een zegenspreuk uitsprak. Voor mij werd zo’n alledaags moment door zijn handeling doorbroken met Gods aanwezigheid. Sindsdien heb ik de joodse ochtendspreuk naast mijn bed liggen om uit te spreken zodra ik wakker word: ‘Ik dank U, levende Eeuwige Koning, dat U genadevol mijn ziel hebt doen terugkeren. Uw trouw is groot’. Soms denk ik dan dat door alle reformaties er eigenlijk maar heel weinig rituelen zijn overgebleven die ons helpen God present te stellen in het alledaagse en die ons helpen in onze alledaagse bewust-zijn en zielsgroei.

Aanstaande zondag begint een nieuwe maand. Dit jaar valt de gehele maand september samen met de joodse maand Elul. Het is de maand die voorbereid op de Hoge Feesten: Jom Kippoer (Grote Verzoendag) en Rosj Hasjana (joods nieuwjaar). In het Aramees betekent elul ‘zoeken’. In deze maand gaat het om het doen van zelfonderzoek. Joden worden opgeroepen om een ‘cheshbon nefesh’ te ondernemen, een onderzoek van de ziel. Jom Kippoer gaat over het in het reine komen met God en je medemens, om zo het nieuwe jaar goed te beginnen. Voor joden is dit niet een onderzoek dat je alleen uitvoert. Het is de bedoeling dat je elkaar in groepjes van twee of drie ondersteunt, door elkaar aan te moedigen maar ook scherp te zijn naar elkaar voor spirituele groei. Jezelf openleggen voor je eigen eerlijkheid en voor die van de ander. Laat je jezelf hierin toe? En een ander? Door je in de maand Elul te richten op zielsonderzoek raak je weer verbonden met jezelf, met de ander, met de door God gegeven aarde.

Zo’n maand van georganiseerde zelfreflectie, weer in balans brengen van onze relatie met onszelf, de ander, God en de wereld, kan heel helpend zijn om bewust te leven en het nieuwe jaar in te gaan. Je bent een ziel en hebt een lichaam, hoor ik in mijn joodse Mussar studiegroep steeds zeggen. Het lichaam verzorgen we met voedsel, kleding, beweging. Onze ziel is echter veel wezenlijker en hoe verzorgen we die?

Rituelen, voorschriften, maar ook eenvoudiger ‘gebruiken’ kunnen helpen in onze zielhygiëne. Dagelijks zou je zulke momenten kunnen creëren, en zo af en toe is het tijd voor een najaars-schoonmaak: waar ontbreekt het mijn ziel aan? In welke ‘atmosfeer’ leef ik eigenlijk? Is wat ik denk en doe, tegen mezelf en anderen zeg, waar ik me mee voed, wel goed voor mijn ziel? Welke karaktereigenschappen (midot) zijn vervormd, onder het stof geraakt door vaste patronen en slechte gewoonten? Wat vraagt van mij om teshuva (inkeer, omkeer)?

Elul duurt veertig dagen. Veertig dagen als symbool voor een leven-lang. Een leven-lang werken aan je spirituele curriculum. En ieder jaar is er een maand om je te laten doordringen dat het leven hier om draait. Elul eindigt met Rosj Hasjana. Op Rosj Hasjana is alles in de synagoge in het wit gehuld: de ark, de thorarollen en ook de voorganger (chazan). Het wit staat symbool voor de overgave aan God. Elul is de voorbereiding op die hernieuwde ontmoeting met God en overgave aan de Eeuwige. Het is de uitdrukking en ervaring van het geloof in verandering, dat elk moment een moment van omkeer kan zijn. Het is de uitdrukking van het diepe besef dat je niet van jezelf bent, maar dat je ziel door God gegeven is. Je ziel is de zegel van God in een weerbarstige wereld van vallen en opstaan, slijten en slijpen.

Komende maand schrijf ik op dit blog meer over de cheshbon nefesh aan de hand van joodse spiritualiteit.



« Previous