Blog Image

Reizen naar het Licht

Beschouwing Posted on Wed, December 02, 2015 10:48:08

Eén kaarsje. Het
begin van een reis naar Licht. De adventstijd is afgelopen zondag begonnen. In
vier weken naar het Licht, terwijl het in werkelijkheid een mensenleven duurt. Want
steeds is er weer een nieuwe tocht te maken.

Daarom raakte me
het volgende gedicht van Fr. Weerts.

Voor elke tocht is er een
ster.
Een woord, een teken,
een weg, een uitweg,
een terugweg als het moet….

Voor elke tocht is er een
ster.
Een vriend, een hand,
een huis, een thuis,
een boek, een beeld,
een lied misschien.

Voor elke tocht is er een
ster.
Voor ieder mens,
voor jong en oud,
die wijs wil heten.
Voor iedereen die zoekt
naar redding en naar recht.

Voor elke tocht is er een
ster.
Die wijzen brengen zal
waar ’t wonder van het leven,
in eenvoud wordt getoond.
Waar Gods liefdevolle geven
in kinderogen woont.

Het raakt me vanwege de belofte dat het Licht er al is. Het Licht is niet de eindbestemming, van wat aan het eind zich openbaart of gegeven wordt. Het Licht is er als we onderweg zijn, hoe de tocht ook is. Zelfs als blijkt dat de tocht om een terugweg vraagt. De ster laat zich zien in de alledaagse dingen onderweg: een hand, een vriend, een woord, een klank. Dat is het Licht.

De tocht brengt ons bij het wonder van het leven, waar ‘Gods liefdevolle geven in kinderogen woont’. Gods liefdevolle geven, zichtbaar in kwetsbaarheid, in kinderogen die vragen, die afhankelijk zijn. Gods liefdevolle geven in je eigen kinderogen. Zelfs al heb je je Innerlijk Kind ver weg gestopt.



Water

Beschouwing Posted on Sat, September 19, 2015 17:00:29

Afgelopen zomer heb ik verwonderd gekeken naar water. Het
begon tijdens een wandeling in Maligne Canyon in Canada. Aan de
kleuren van het bergmassief was goed te zien hoe het water steeds dieper door
het gesteente snijdt. Met een bulderend geraas vloog het water van boven naar
beneden, vliegensvlug voorbij. De gedachte dat dit water al tijden zo krachtig
voorbijraast en de Canyon, met een breedte van 2 meter en een diepte van 50 meter, nog steeds vormt, bezorgd me een moment van gevoel van vergankelijkheid. Datzelfde gevoel heb ik
als ik bij de Athabasca River zit, die met een lengte van 1500 kilometer het
Canadese landschap doorkruist. Op een avond zit ik daar te luisteren naar een
mevrouw die met een eenvoudige trommel mij iets wil vertellen en laten voelen
van haar verre voorouders die hier leefden in verbondenheid met de rivieren,
meren en bergen. Ze vertelt me dat de trommel is als de harteklop, die we al
horen 9 maanden voordat we de schoonheid van de wereld konden zien. De trommel
is voor haar als de harteklop, steeds in je aanwezig als een ultiem teken van
leven. Zoals deze rivier als een levensader is voor het landschap, de bomen, de
dieren, de mens.

Op een andere plek in Canada leidt een prachtige wandeling
me naar de zogenoemde Inkpots: 7 kristalheldere ‘vijvertjes’ met verschillende
kleuren. Als je goed kijkt zie je in het midden van de bron steeds kleine
bubbeltjes: het water borrelt zomaar op uit de grond. Ook hier heb ik met
verwondering naar staan kijken. Water – het is overal om ons heen, soms onzichtbaar,
maar met een grote kracht. We zijn omringd door water, en ook zelf bestaan wij
voor een groot deel uit water.

Bronwater welt vanzelf op uit de aarde. In veel culturen
werden bronnen om die reden als ‘heilig’ gezien. Wie bij de bron is, is bij het
begin van het leven. Vanuit de bron stroomt het leven als vanzelf. Adem is net
als water. Het stroomt overal naar toe waar ruimte is. Daar bij de Inkpots werd
ik stilgezet bij wat Jezus eigenlijk zegt als hij het over ‘levend water’
heeft. Hoe kom je bij dat levende water, vraagt de Samaritaanse vrouw aan Jezus
(Joh 4:11). Vervolgens wijst Jezus naar zichzelf: ‘Ik zal het je geven, en het
zal een fontein van water worden in je leven’. Wat ik altijd merkwaardig
gevonden heb, is dat wanneer de vrouw vraagt om haar dit te geven, Jezus haar
eerst de opdracht geeft om haar man te halen. En vervolgens gaat het in het gesprek
niet meer over het water waar de vrouw zo verlangend om vroeg, maar om theologische kwesties.

Hoe kom je bij levend water, bij de bron? Als adem net als
water is, dan misschien juist wel door de adem de ruimte te geven. Wanneer we
het druk hebben, verkleinen we de ademruimtes in het lichaam. Er komt
letterlijk ‘druk’ op te staan. Dat gebeurt wanneer we het druk hebben met
activiteiten, maar ook wanneer we het druk hebben met gedachten. We worden
weggevoerd van de bron, die juist naar ruimte zoekt en adem geeft. Jezus geeft
de vrouw levend water, in de ontmoeting die er tussen hen is en haar ruimte
geeft om te zijn, zonder oordeel. De Samaritaanse vrouw hoeft er niets voor te
doen, behalve “gewoon maar” te “zijn” in deze ontmoeting met de ander én met
haar zelf. Dan ontstaat er een heilige
stroom- zonder oordeel – die leven geeft en doorgeeft, en stroomt naar elke
plek waar ruimte en ontmoeting is. Misschien bedoelde Jezus dat in het vervolg van het gesprek met de vrouw, toen hij zei dat er niet langer een speciale heilige aanwijsbare plek is om God te aanbidden, maar dat God gevonden wordt in geest en waarheid… Zoals daar, waar Jezus en de vrouw elkaar vonden bij de put.



Don’t let it go out

Beschouwing Posted on Wed, September 09, 2015 15:47:09

Ik herinner mij nog goed een godsdienstles toen ik een jaar
of 14 was. Het was de les waarin mijn godsdienstdocent (met wie ik overigens nu
samenwerk binnen de auteursgroep)
mijn wereld een stukje groter maakte. Hij liet ons kijken naar een video van
een bijzonder concert. De manier waarop hij dat inleidde, gaf me het gevoel dat
ik iets heel bijzonders ging zien. Ik zag een jonge man op een podium: zwarte
laarzen, kort zwart haar met een matje en een rood geruite houthakkersblouse.
Het was niet echt iets ‘van mijn tijd’. Hij zong over iemand die kwam in de
naam van liefde. Het ging over Martin Luther King. Ging het misschien ook over
Jezus? Deze combinatie van goede muziek, protest en boodschap kwam bij mij
binnen. Na die les besloot ik meer van deze band te gaan luisteren en mijn
interesse in de muziek van U2 was geboren.

Gisteravond, bijna twintig jaar na de godsdienstles, zie ik
diezelfde man, Bono, als toen op de videoband, maar nu levensecht voor mij op
een podium. Dikker en ouder geworden, maar met dezelfde intentie om met zijn
muziek iets bij mij over te brengen. Tijdens het concert kwam mijn godsdienstles
terug in herinnering toen Bono hetzelfde nummer zong: Pride (in the name of
love). Het einde van het derde couplet zingt hij wat langzamer, er zit een
wijziging in die we blijkbaar goed moeten horen. ‘One man washed on an
empty beach’ werd ‘one boy washed on
an empty beach’. Een enkel regeltje uit een oud nummer, door de actualiteit een
nieuwe betekenis gekregen.

Muzikaal gezien spreekt niet elk nummer van U2 me meer aan.
Maar deze creativiteit en lef om te durven delen in de (eigen) pijn en het (eigen) verdriet, de
zorg in de wereld, en tegelijk je publiek mee te nemen in het geloof in een
andere wereld – dat vind ik mooi. Bijvoorbeeld met de tekst van mijn recente U2
favo-song ‘Song for Someone’, dat eindigt met:

“If there is a light
You can always see
And there is a world
We can always be
If there is a kiss
I stole from your mouth
And there is a light,
Don’t let it go out”



Adem en Stem

Beschouwing Posted on Thu, July 23, 2015 12:37:40

Sinds een operatie aan mijn schildklier, staat één van mijn stembanden stil door een niet werkende zenuw. Praten gaat moeizaam.

Tijdens het wachten op herstel, dringen beschouwingen over adem en stem zich aan mij op. Beschouwingen die ontstaan door een confrontatie dat beiden minder vanzelf gaan nu. Je stem is een deur tussen je binnen- en buitenwereld. Langs die deur passeert wat je wilt delen, het contact dat/de verbinding die je maken wilt en de emoties die in je huizen. Je stem wordt gedragen door je adem.

Ademhalen is léven inademen. Met elke ademhaling, houden we de dood op afstand. Tegelijk leven we met het besef dat de dood onherroepelijk komt en de laatste adem wegneemt. Maar als we beseffen dat de Geest van God ons heeft gemaakt, dat alleen de adem van de Ontzagwekkende mij doet leven (zoals dat prachtig staat vermeld in het bijbelboek Job 33:4), dan hoeft daar geen angst voor te zijn. Mijn adem is niet iets van mezelf, het is iets van God wat als een harteklop in mijn lijf zich bewegen wil.

Ik ga oefenen om adem en stem beter met elkaar te laten samenwerken. Dat betekent voor mij vooral om die adem de ruimte te geven om vrij te bewegen in mijn lijf. Zonder oordeel, zonder angst. Het betekent dat ik toesta dat mijn adem (het leven) elke angst (voorboden van de dood) inhaalt. Mijn stem krijgt dan de gelegenheid om woorden te spreken die vloeiend mijn binnen- en buitenwereld wil verbinden aan elkaar.



« Previous